Het woonhuis, gelegen op een heuvel in een afgelegen bos in Wuppertal, Duitsland, werd opgeleverd in 1967 en heeft geleidelijk zijn reputatie teruggewonnen als een opvallend voorbeeld van laatmoderne Europese architectuur. Kenmerkend zijn onder andere de dakbalken die veel verder reiken dan de gevel, een open plattegrond en glazen wanden van vloer tot plafond die het interieur zachtjes laten versmelten met de omgeving. Het huis heeft de afgelopen jaren verschillende renovaties ondergaan om het zijn oorspronkelijke vorm terug te geven. Vertaald naar de wereld van het licht, komt dit min of meer overeen met de primaire missie van Wästberg: proberen verloren gegane basisprincipes van de verlichtingsfilosofie te herstellen.